L’interprétation dans les thérapies conjointes
Résumé
L'auteur s'interroge sur le mode d'action des interventions du psychanalyste dans les thérapies conjointes. Peut-on parler d'interprétations psychanalytiques ? L'adaptation du cadre aux besoins et possibilités d'expression de la triade père-mère-bébé, permet, en se basant sur un transfert positif non-interprété, de dévoiler des fantasmes inconscients et des souvenirs refoulés. L'hypothèse interprétative proposée par l'analyste concerne les liens entre ces éléments rendus conscients et les perturbations actuelles du fonctionnement interactif de la triade.
Samenvatting
De schrijver stelt zich vragen over de tussenkomsten van de psychoanalyticus in de therapieën van de vroege ouder-kind relatie. Kan men over echte psychoanalytische interpretaties spreken ? Het kader wordt aangepast aan de behoeften en uitdrukkingsmogelijkheden van vader, moeder en kind. De interventies baseren zich op een positieve overdracht die niet ter sprake komt. Onbewuste fantasieën en verdrongen herinneringen worden bewust gemaakt en in verband gebracht met de huidige moeilijkheden van de ouder-kind interacties.
Summary
Can we speak of real psychoanalytical interpretations in therapies of early parent-child relationship ? The setting has to be adapted to the needs and possibilities of parents and child. The interventions are based on a positive transference to which no reference is made. Unconscious fantasies and repressed memories are brought to consciousness and linked with the actual troubles in parent-child interactions.
