L’Espace et l’Autre

Fraschina, Bruno

1994-04-01

Articles papier

Résumé

La réalité n'est plus ce qu'elle était ! … L'auteur tente de prendre la mesure de cette révolution copernicienne qu'avait inaugurée Kant en faisant dériver la connaissance du sujet et non de l'objet. Il nous montre que cette révolution n'a pas fini de nous étonner, de par l'incontournable insistance, avec laquelle elle s'est réintroduite ces dernières décennies dans l'aventure épistémique moderne, là où à l'épreuve de "singularité-limites", il n'a plus été possible au sujet scientifique de se contourner lui-même. L'auteur nous rappelle qu'en cette épreuve, la psychanalyse, science et pratique de la re-connaissance, ne se concevant que dans l'immersion, y a été affrontée dès ces débuts. C'est à partir ensuite, d'une intuition de Freud supportant la co-émergence de la psyché et de l'étendue qu'il développe une réflexion sur son essence qu'il identifie, selon lui, comme étant celle de la rencontre. Il tente d'en esquisser une topographie, celle de l'intersubjectivité s'étendant entre affects et sujets, qualités qu'il situe en fondement de la personne.

Samenvatting

De Realiteit is niet meer wat ze vroeger was !…

De auteur probeert de reikwijdte na te gaan van deze Copernicaanse revolutie die door Kant in gang gezet werd. Daartoe last hij de kennis uit het subject ontspringen en niet uit het object. Hij toont aan dat deze revolutie ons nog voortdurend blijft verbazen wegens de niet te ontwijken nadruk waarmee ze de laatste tientallen jaren binnengedrongen is in wat we het avontuur van de moderne epistemologie kunnen noemen.

Immers, bij het proeven van hoogsteigen ervaringen die toch gemeenschappelijke raakpunten hebben met de ervaringen van anderen (zodat een ontmoeting mogelijk wordt), kan het subject uit de wetenschap niet meer om zich zelf heen.

Bij het ondervinden van deze belevingen, zo herinnert ons schrijver dezes, werd de psychoanalyse van bij haar begin met dit probleem geconfronteerd. Zij is immers én wetenschap én praktijk van de her-kenning. Zij kan slechts, door een bad te nemen in de eigen realiteit, gestalte krijgen.

Gebruik makend van een intuïtie van Freud, waarbij deze een inschatting maakt van het sarnen opduiken van psyche en ruimte, maakt hij bedenkingen over het wezen zelf van de realiteit. Deze valt voor hem samen met die van de ontmoeting. Hij probeert er een topografie van te schetsen, namelijk die van de intersubjectiviteit die zich uitstrek tussen affecten en subjecten. Dit zijn voor hem eigenschappen die tot de grondvesten van de persoon behoren.

Summary

Reality isn't what it used to be ! The author tries to size up the Copernican revolution which Kant had inaugurated by deriving knowledge from the subject and not from the object. He shows us that this revolution has not finished astonishing us by the unavoidable insistance with which it has re-introduced itself into the modern epistomelogical adventure to the point where before the the test of "singularity-limits" it has no longer been possible for the scientific subject to skirt around himself. The author reminds us that psychoanalysis, science and practice of knowing again, born in immersion, has been faced with this test since its beginning. Later, Freud, starting from an intuition suggesting the co-emergence of the psyche and of knowledge, developed a reflection on the essential nature of this which he identified, from his point of view, as being that of the encounter. He tries to sketch out a plan of this, of an intersubjectivity stretching between affects and subjects, qualities which he situates at the foundations of the individual.